Hand: metacarpaal fracturen
INDELING:
Metacarpaalschacht fracturen
Metacarpaalbasis fracturen: Algemeen
Specifieke metacarpaalbasis fracturen:
Boksersfractuur: Basis metacarpaal 5
Bennet fractuur
Rolando fractuur
METACARPAALSCHACHT FRACTUREN:
FRACTUURINDELING:
- letten op rotatiestand vinger!
- verkorting
THERAPIE:
conservatief:
- repositie door tractie, gips in position of protection (20-90-0-0), waarbij de nagel van de aangedane straal en de nagel van de straal daarnaast zichtbaar moeten zijn. Dit is de enige controle op een correcte rotatiestand van de vinger!
operatief:
- bij niet communitieve schuine fracturen die verkorting en rotatie geven kan bloedige repositie en AO osteosynthese (oefenstabiel) bij jonge mensen overwogen worden.
NABEHANDELING:
- 4 weken gips
CONTROLE:
klinisch:
- 1, 4 en 6 weken
radiologisch:
- 4 weken
COMPLICATIES:
- malunion in rotatiestand
VERWIJDEREN OS MATERIAAL:
- na 6 maanden (schroeven kunnen strekpees irriteren en beschadigen)
METACARPAALBASIS FRACTUREN: ALGEMEEN
THERAPIE:
conservatief:
- controle rotatiestand straal, gips in position of protection (20-90-0-0)
operatief:
- alleen geindiceerd bij instabiele luxatiefracturen, met luxatie van met MCC
onbloedige repositie, percutane K-snaarfixatie, gips
dit komt met name voor bij MC5 (ski-line opname)
NABEHANDELING:
- 4 weken gips
CONTROLE:
klinisch:
- 1, 4 en 6 weken
radiologisch:
- 1week
VERWIJDEREN OS MATERIAAL:
- na 4 weken (poliklinisch)
SPECIFIEKE METACARPAALBASIS FRACTUREN:
1. Boksersfractuur: metacarpaal 5 caput fractuur
FRACTUURINDELING:
- angulatie beoordelen op zuiver zijdelingse foto (moeilijke interpretatie, standarisering vergelijkbare opnametechnieken is eveneens moeilijk)
THERAPIE:
conservatief:
- repositie door tractie, hierna flexie in MCP gewricht >90˚, waarna repositie door dorsale compressie enige redressie geeft, beoordeling repositie met X-foto is vrijwel onmogelijk en heeft ook geen consequenties. Een angulatie mag geaccepteerd worden, omdat dit nauwelijks een functionele belemmering oplevert. Rotatie-dislocatie komt zelden voor, maar moet herkend worden.
gips met MCP 5 in minimaal 90˚ flexie! in position of protection (20-90-0-0)
operatief:
- zelden geindiceerd! alleen bij rotatie-dislocatie of ernstige instabiliteit.
NABEHANDELING:
- 3-4 weken gips
CONTROLE:
klinisch:
- 1, 3-4 en 6 weken
radiologisch:
- niet routinematig
2. Bennet fractuur
FRACTUURINDELING:
is niet-communitieve fractuur basis MC1 met luxatie van de 1e straal
THERAPIE:
conservatief:
- zelden stabiel te reponeren en fixeren met gips (abductie 1e straal)
operatief:
- onbloedige repositie en K-snaar fixatie (MCC, 2e straal) + gips
- bloedige repositie en schroeffixatie (oefenstabiel) bij groot fragment
NABEHANDELING:
- 4 weken gips
CONTROLE:
klinisch:
- 1, 4 en 6 weken
radiologisch:
- 1 en 4 weken
COMPLICATIES:
- bij conservatieve behandeling: druknecrose gips, secundaire dislocatie
VERWIJDEREN OS MATERIAAL:
- K-snaren na 4 weken (poliklinisch)
- evt. schroef osteosynthese materiaal niet verwijderen
3. Rolando fractuur
FRACTUURINDELING:
is communitieve intraarticulaire fractuur (T-Y) basis MC1
THERAPIE:
operatief:
- onbloedige repositie door tractie, controle rotoatiestand!
percutane snaarfixatie van 1e naar 2e straal om MC1 op lengte te houden
gips
NABEHANDELING:
- 4 weken gips
CONTROLE:
klinisch: 1, 4, 6 weken
radiologisch: 1 en 4 weken
COMPLICATIES:
- arthrose en stijfheid MCC1
VERWIJDEREN OS MATERIAAL:
- na 4 weken (poliklinisch)
Voeg een nieuwe reactie toe
Login om te reageren