Fosfor
WANNEER KAN HET ZINVOL ZIJN OM DE FOSFORCONCENTRATIE IN HET BLOED TE BEPALEN?
- nuttig bij:
* nierinsufficientie
* malabsorptie
* parenterale voeding
* hyper- of hypocalciemie
* hyper- of hypoparathyroidie
- bij renale aantasting wijst een hyperfosfatemie naar een aantasting van de
glomeruli terwijl een hypofosfatemie met hyperfosfaturie op een tubulaire
oorsprong wijst.
WANNEER VERWACHT MEN EEN VERHOOGDE FOSFORCONCENTRATIE IN HET BLOED?
De voornaamste oorzaken zijn:
- hypocalciemie
- ernstige acute of chronische nierinsufficientie
- intoxicatie met vitamine D
- hypoparathyroidie
- pseudo-hypoparathyroidie (ongevoeligheid van de niertubuli voor PTH)
- weefselnecrose
WANNEER VERWACHT MEN EEN VERLAAGDE FOSFORCONCENTRATIE IN HET BLOED?
De voornaamste oorzaken zijn:
- onvoldoende inname (bv. door parenterale voeding)
- malabsorptie
- inname van antacida met aluminiumhydroxide
- hypercalciemie
- hyperparathyroidie
- hypovitaminose D
- aantasting van de niertubuli
- infusen met glucose of toediening van insuline bij diabetici
FYSIOLOGISCHE GEGEVENS VAN FOSFOR
- fosfor bevindt zich in de volgende verschillende vormen:
* fosfaten
* fosfolipiden
* nucleoproteinen
- bevindt zich hoofdzakelijk intracellulair en de RBC bevatten grote
hoeveelheden
- speelt een belangrijke rol :
* in de mineralisatie van het bot
* in de fosforylatie en het transport van energie:
ATP -> ADP + P
* thv de plaatjes
- de plasmaconcentratie is afhankelijk van:
* de inname met de voeding
* digestieve resorptie:
- malabsorptie gaat gepaard met hypofosfatemie
- bepaalde antiacida zoals aluminiumhydroxide verminderen
de gastro-intestinale resorptie van fosfor
-> wordt overigens gebruikt om hyperfosfatemie ten gevolge van
ernstige nierinsufficientie te behandelen
* calciemie
- er bestaat een omgekeerd verband tussen de calciemie en de
fosfatemie: hypocaliemie gaat gepaard met hyperfosfatemie en
omgekeerd
* de overgang naar het intracellulaire compartiment:
- insuline en glucose zijn in staat extracellulair fosfor en kalium
naar het intracellulaire compartiment te drijven met hypofosfatemie
als gevolg.
* de nierfunctie:
- fosfor wordt in de glomeruli gefilterd en voor 85% in de tubuli
gereabsorbeerd.
* aantasting van de glomeruli gaat gepaard met hyperfosfatemie
* aantasting van de niertubuli gaat gepaard met hypofosfatemie
en hyperfosfaturie
* de tubulaire reabsorptie van fosfor:
-> gestimuleerd door vitamine D en calcitonine
-> geinhibeerd door parathormoon
* vitamine D:
- verhoogt de gastro-intestinale resorptie van fosfor en stimuleert de
tubulaire reabsorptie van fosfor
* calcitonine:
- verhoogt eveneens de tubulaire reabsorptie van fosfor
* parathormoon:
- inhibeert de tubulaire reabsorptie van fosfor
AFNAME
- bloed: droge buis, nuchter
- urine: 24-uurs-urine
REFERENTIEWAARDEN
- bloed:
* kinderen: 3.5-6.5 mg/ dl of 1.1-2.1 mmol/l
* volwassenen: 2.5-5 mg/ dl of 0.8-1.6 mmol/l
- urine:
* 300-1500 mg/ 24u
Voeg een nieuwe reactie toe
Login om te reageren